In groep 8 van de basisschool krijgen kinderen in maart de uitslag van de doorstroomtoets en daarmee het definitief schooladvies voor de middelbare school. Die uitslag kan verschillende gevoelens oproepen bij zowel ouders als kinderen. Van blijdschap tot teleurstelling: hoe ga je hier als ouder zo goed mogelijk mee om en geef je jouw kind een goed gevoel over zichzelf?
Voorlopig advies
Het voorlopig advies was natuurlijk al even binnen, dus dat gaf je als ouder al een idee over waar jouw kind staat. Dit voorlopig advies kan bij zowel ouders als kinderen voor verschillende gevoelens hebben gezorgd:
- Er is rust en vertrouwen ontstaan voordat er met de doorstroomtoets begonnen werd omdat jullie (beiden) tevreden zijn over het voorlopig advies.
- Er is onrust en onzekerheid ontstaan voor de doorstroomtoets omdat het voorlopig advies tegenviel.
- Het voorlopig advies voldeed nog niet helemaal aan de verwachtingen en er wordt gehoopt door ouders (en/of kind) dat dit aan de hand van de doorstroomtoets nog verandert.
Je kunt je voorstellen dat de doorstroomtoets sowieso al veel zenuwen kan opwekken bij kinderen, laat staan als er voor hun gevoel ook nog een heleboel van afhangt omdat het voorlopig advies ‘tegenviel’. In de weken tussen de doorstroomtoets en de uitslag daarvan, is het dus voor sommigen in spanning afwachten waar het advies naartoe gaat leiden. Als uit de doorstroomtoets naar voren komt dat het advies hoger is dan het voorlopig advies, zijn scholen verplicht het advies te heroverwegen en dit te bespreken met de ouders. Het uiteindelijke advies, en of dit advies dus daadwerkelijk naar boven wordt bijgesteld, wordt echter bepaald door de leerkrachten. Zo wordt er naast de resultaten ook gekeken naar werkhouding, groei over de jaren heen en het belang van het kind. Wat vindt de school nu dat het beste bij het kind past wat betreft niveau?
Teleurstelling
Het kan natuurlijk zo zijn dat jij ontzettend trots bent op jouw kind en het helemaal eens bent met het advies, maar dat jouw kind gehoopt had op een ander advies dan dat het gekregen heeft. Steun je kind dan vooral, vertel hoe trots je bent, dat hij het enorm goed gedaan heeft en dat er helemaal niets mis is met het advies wat hij gekregen heeft. Vertel dat je er alle vertrouwen in hebt dat hij het hartstikke goed gaat doen op zijn nieuwe school. Ben je als ouder teleurgesteld over het voorlopig- of definitief advies? Het kan zo zijn dat je andere verwachtingen had en vindt dat het advies ‘hoger’ zou moeten uitpakken. Dan is het goed om je af te vragen of dit idee realistisch is of niet. Hoeveel moeite heeft jouw kind afgelopen jaren moeten doen voor het leren van de lesstof? Hoe deed jouw kind het over het algemeen? Het kan natuurlijk zijn dat jouw kind door de zenuwen minder heeft gescoord op toetsen en dus ook op de doorstroomtoets terwijl het veel meer kan. In dat geval zullen de leerkrachten dat in de afgelopen jaren ook hebben gezien. Wanneer je jezelf deze vragen hebt gesteld en je bent het nog steeds niet eens met het advies van de school, dan kun je natuurlijk altijd het gesprek aangaan met de leerkracht. Het kan natuurlijk ook dat je tot de conclusie komt dat het advies eigenlijk helemaal niet zo gek is maar dat je gewoon gehoopt had dat dit anders zou uitpakken. Besef je dat het voor je kind absoluut onprettig zou zijn om constant op zijn tenen te moeten lopen op de nieuwe school. Passend onderwijs is enorm belangrijk voor kinderen om zich goed te kunnen ontwikkelen. Deze ontwikkeling kan alleen optimaal verlopen wanneer een niveau niet te makkelijk, maar ook zeker niet te moeilijk is voor een kind.
Niet laag of hoog, maar praktisch of theoretisch
Daarnaast denk ik dat we ons als maatschappij sowieso eens moeten afvragen waarom we de focus als volwassenen zo enorm leggen op ‘laag’ of ‘hoog’. Deze woorden geven een heel negatieve lading aan het advies wat kinderen krijgen. En juist doordat deze negatieve lading kleeft aan het advies van bepaalde kinderen, kunnen zij zich hierdoor ontzettend onzeker voelen. Kinderen horen ook regelmatig om zich heen dat het VMBO bijvoorbeeld ‘laag’ is en zijn onderling enorm hard tegen elkaar, of scheppen op over hun VWO-advies. Ik benadruk dan ook altijd tegen mijn kinderen, dat het niet gaat over ‘laag’ of ‘hoog’. Iedereen heeft andere kwaliteiten. Iemand die meer praktisch ingesteld is, kan bijvoorbeeld heel talentvol zijn in het creëren van dingen, terwijl iemand die meer theoretisch ingesteld is, misschien makkelijker leert vanuit boeken en daardoor weer andere talenten heeft. Het één is alleen niet beter dan het ander. Ik ben van mening dat we hiervan af moeten en het ene kind niet als meer talentvol moet worden beschouwd dan het andere, alleen aan de hand van een schooladvies.
Trots
Heeft jouw kind ook zo ontzettend zijn of haar best gedaan de afgelopen periode? Wees dan gewoon enorm trots! PRO, VMBO, HAVO of VWO: dat hoeft niet te bepalen hoe trots jij op je kind mag zijn. Laat je kind ook vooral merken hoe trots je bent. Dit is goed voor het zelfvertrouwen en dat zal je kind nog hard nodig hebben wanneer het over een aantal maanden zal beginnen aan een nieuwe fase in zijn leven. Het gevoel het niet goed genoeg te kunnen doen (voor je ouders) kan een enorme aantasting zijn van het zelfvertrouwen. Wees gewoon de grootste supporter van jouw kind! Hij of zij staat pas aan het begin van een toekomst die nog helemaal openligt. Laat je kind daar vooral aan beginnen met een heleboel vertrouwen in zichzelf.

